Van non-binair tot sapioseksueel: een verklarende woordenlijst LGBTQIA+
© Getty Images

Van non-binair tot sapioseksueel: een verklarende woordenlijst LGBTQIA+

Leestijd: 3 min

Het is vandaag Internationale Dag tegen Homofobie en Transfobie en die dag starten we met een verklarende woordenlijst. Cisgender, non-binair, intersekse... veel mensen zien de bomen immers niet meer door het uitgebreide regenboogbos, en dat kan soms pijnlijke situaties opleveren. Met dit overzicht ben je in één klap mee. 

/

Cisgender

Wie cisgender is, heeft een geslacht dat overeenkomt met het gender waarmee je geboren bent op basis van je geslachtskenmerken.

Demiseksueel

Wie zich enkel seksueel aangetrokken voelt tot personen met wie zij een diepe, intieme band hebben. Of deze band romantisch is of vriendschappelijk, maar hier niet uit.

Gender

Gender is een sociale constructie die de positie van personen binnen de samenleving mee bepaalt. In het Westen is er traditioneel een binaire opdeling van gender, de klassieke tweedeling man en vrouw. Hieraan worden bepaalde verwachtingen en rollen gekoppeld. Tegenwoordig wordt deze binaire gendernorm ook in de Westerse wereld meer in vraag gesteld en gender gezien als een spectrum. In bijvoorbeeld India is er een derde gender, de Hijra.

Genderexpressie

Genderexpressie gaat over de manier waarop iemand zich uit naar de buitenwereld. Dit kan in de vorm van kleding en make-up, maar ook door een bepaalde lichaamshouding, spraak of manier van bewegen. Genderexpressie hangt niet strikt vast aan een bepaalde genderidentiteit. Zo kunnen bijvoorbeeld cisgender mannen net zoals cisgender vrouwen een jurk dragen, zonder dat zij daarom een vrouw willen zijn. Als maatschappij hangen we nog steeds heel erg vast aan gendernormen die bepalen hoe vrouwen en mannen zich horen te uiten, terwijl in werkelijkheid zo’n strikte opdeling niet overeenkomt met de werkelijkheid.

Genderidentieit

Genderidentiteit gaat over het gendergevoel dat mensen ervaren. Bij veel mensen komt dit overeen met het geslacht dat hen is toegewezen bij de geboorte (cisgender). Al stopt het niet bij de klassieke mannelijke en vrouwelijk genderidentiteiten. Er zijn variaties van beide, identiteiten tussenin of geen van beide. Een genderidentiteit hoeft niet vast te liggen en kan bij sommige mensen zelfs dagelijks veranderen. Enkele belangrijke identiteiten op een rij:

  • Non-binair: iemand wiens gender zit op het spectrum tussen ‘man’ en ‘vrouw’.
  • Gender fluïde: het geslacht waarmee jij je identificeert varieert per dag of tijd.
  • Agender: mensen die zich met geen enkel gender identificeren.
  • Bigender: iemand die zich volledig vrouw én volledig man voelt.
  • Intersekse: wanneer het niet duidelijk is welk biologisch geslacht een persoon heeft.
  • Genderqueer: overkoepelende term voor iedereen die zich niet vrouw of man voelt.
  • Transgender: iemand die een genderidentiteit of -expressie heeft die niet overeenkomt met zijn of haar biologische geslacht. Hierbij worden af en toe de volgende termen gebruikt: FTM (transseksueel: van vrouw tot man) en MTF (transseksueel: van man tot vrouw).

Heteroflexibel

Een term die je kan gebruiken als je voornamelijk hetero(seksueel) bent maar soms ook romantische en/of seksuele contacten hebt met personen die dezelfde genderidentiteit hebben als jezelf.

Heteronorm

De maatschappelijke veronderstelling dat heteroseksualiteit, de standaard-, geprefereerde- of normale seksuele geaardheid is en dat iedereen voldoet aan de bijhorende (ongeschreven) sociale regels en verwachtingen.

Holebi

Dit woord staat voor homoseksueel, lesbisch en bi+. De term is Belgisch van oorsprong, en wordt gebruikt als verzamelnaam om in een keer naar de verschillende seksuele oriëntaties te verwijzen.

Juridische genderaanduiding

De juridische genderaanduiding, ook wel officiële geslacht of juridisch geslacht is de geslachtsregistratie bij de overheid. Deze staat bijvoorbeeld weergegeven op je identiteitskaart. In België blijft dit voorlopig beperkt tot man en vrouw.

LGBTQ+

Dit is een letterwoord om seksuele, gender- en geslachtsdiversiteit aan te duiden. L= lesbisch, G= gay (homo), B= bi+, T= trans(gender), Q= queer of questioning. Het plusteken dat soms achter afkortingen gebruikt wordt, verwijst naar alle personen en groepen die buiten de (cis)gender- en heteronorm vallen, maar niet onder 1 van de genoemde letters.

Misgenderen

Als iemand een foute veronderstelling maakt over iemands genderidentiteit wordt deze persoon misgenderd.

Non-binair of Niet-binair

We haalden het hierboven al eens kort aan, nu wat uitgebreider: een non-binair persoon is iemand die zich niet thuis voelt in de binaire gendercategorieën man of vrouw en zich beter voelt bij een andere, niet-binaire, genderidentiteit. Een persoon is dus gender non-binair wanneer die mannelijke en vrouwelijke identiteitskenmerken combineert, zich man én vrouw voelt, of noch man noch vrouw, of zich helemaal buiten deze hokjes plaatst. Non-binair is een paraplubegrip. Er zijn verschillende termen voor genderidentiteiten die zich buiten het binair gendermodel stellen; “genderqueer”, “gender non-conform”, “agender”, “genderfluïde”, “bigender”,… (zie ook genderidentiteit).

Panseksueel

Mensen die genderidentiteit niet belangrijk vinden als het gaat over een potentiële partner. Zij kunnen vallen op eender welke genderidentiteit, en noemen zich daarom ook wel “genderblind”.

Sapioseksueel

De term voor mensen die zich aangetrokken voelen tot de intelligentie van een ander, uiterlijk is niet (of amper) van tel.

Seksuele/romantische oriëntatie/voorkeur

Seksuele oriëntatie gaat over seksuele aantrekking. Romantische aantrekking gaat – logisch – over de romantische aantrekking die je voelt. Je seksuele en romantische voorkeur kan verschillen. Een cisman kan bijvoorbeeld verliefd worden op alle genderidentiteiten, maar zich enkel seksueel aangetrokken voelen tot andere cismannen.

Trans persoon of transgender persoon

Een transgender persoon is iemand waarvan het geslacht dat toegewezen werd bij de geboorte niet overeenkomt met de genderidentiteit. Als je bij de geboorte bijvoorbeeld het vrouwelijk geslacht toegewezen werd, maar je voelt je geen vrouw, dan ben je transgender. Als dit wel overeenkomt dan ben je cisgender. Transgender is dus een koepelterm voor trans vrouwen / mannen, cross dressers, personen die zich identificeren als gender non-binair of queer en iedereen die zich in de term kan vinden.

Voornaamwoorden

Persoonlijke voornaamwoorden zijn woorden die naar iemand verwijzen. Om naar vrouwen te verwijzen gebruikt men zij/haar/haar, voor mannen is er hij/hem/zijn. Een genderneutrale optie om naar iemand te verwijzen is die/hen/hun. Die/hen/hun wordt vaak gekozen door non-binaire personen om naar zichzelf te laten verwijzen.

Bronnen: Universiteit Antwerpen, Cavaria en Het Roze Huis

Redactie Marie Claire De artikels van >