41% werknemers ervaart matige tot lage inclusie op de werkvloer
© getty images

41% werknemers ervaart matige tot lage inclusie op de werkvloer

Leestijd: 2 min

Diversiteit en inclusie staan meer dan ooit op de publieke agenda. Maar hoe vertaalt dit zich anno 2022 naar de werkvloer? Welke mate van inclusie ervaren Belgische werknemers? IDEWE, de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk, peilde hiernaar in een onderzoek bij 1.342 Belgische werknemers1 in samenwerking met KU Leuven.

/

In het onderzoek geeft 59 procent van de respondenten aan een hoge mate van inclusie te ervaren. “Een al bij al positief cijfer, maar we mogen onze ogen niet sluiten voor die andere 41 procent die ‘matige of lage’ inclusie ervaart”, zegt Sofie Vandenbroeck, Verantwoordelijke afdeling Kennis, Informatie en Research bij IDEWE. “In een moderne arbeidsmarkt die streeft naar maximaal werknemerswelzijn moet het de gezamenlijke ambitie zijn van alle actoren om van inclusie de norm te maken. Daar zijn we duidelijk nog niet. Wel positief is dat er geen significante verschillen zijn in de steekproef tussen de mate waarin mannelijke en vrouwelijke respondenten2 of respondenten van verschillende leeftijden inclusie ervaren: in al deze groepen ligt de verhouding hoge versus matige/lage inclusie rond 60 versus 40.”

/

Etniciteit, handicaps en opleiding

Andere persoonsgebonden factoren spelen blijkbaar wél een rol in de inclusie-ervaring: etniciteit, handicap en opleidingsniveau. Van alle respondenten die zichzelf als etnische minderheid definiëren, ervaart 57 procent lage tot matige inclusie (versus 41 % bij mensen van etnische meerderheidsgroep). Bij respondenten met een handicap loopt dat op tot 64 procent (versus 40% bij mensen zonder handicap). Bij de kort opgeleiden gaat het om 48 procent (versus 39% bij lang opgeleiden).

“Met die nuance dat het bij de eerste twee groepen om een zeer beperkt aandeel van de respondenten gaat en we die percentages dus minder letterlijk mogen nemen”, deelt Vandenbroeck. “Maar toch is het op z’n minst een indicatie dat etnische afkomst en handicaps belangrijke factoren zijn op inclusievlak. Erg jammer, want zulke persoonsgebonden aspecten zouden geen enkele invloed mogen hebben op iemands welzijn op het werk.”

Lees ook: Werkende moeder, slimmer kind? Dit zegt de wetenschap

/

Oorzaken en gevolgen van inclusie

IDEWE bekeek ook welke aspecten bijdragen aan inclusie in een organisatie. De belangrijkste blijken inspraak (84% van de mensen die het gevoel hebben veel inspraak te hebben, ervaren hoge mate van inclusie), betrokkenheid van de leidinggevende (ook 84%), interne communicatie (82%) en correcte en consistente procedures (81%).

Vandenbroeck: “Dit toont ook aan dat werken aan een aantal bredere bedrijfsculturele aspecten het inclusiegevoel op de werkvloer significant kan verhogen. En omgekeerd blijkt inclusie een positieve impact te hebben op de werknemers en organisatie. Van alle respondenten die hoge inclusie ervaren, voert 91% extra collegiale taken uit, voelt 90% een hoge bevlogenheid op het werk, zou 84% de eigen organisatie aanraden als werkgever en is 73% van plan bij de werkgever te blijven. Ten slotte valt ook op dat mensen die een hoge mate van inclusie ervaren minder stress hebben dan wie lage of matige inclusie ervaart.”

/

Complex en subjectief begrip

Volgens IDEWE wordt het streven naar meer inclusie bemoeilijkt door de complexiteit van de materie, die uiteenvalt in ‘belonging’ (je voelt je goed en comfortabel binnen een groep) en ‘authenticity’ (je hebt het gevoel dat je jezelf kan zijn). Dat maakt van inclusie een enorm subjectief begrip met tal van uitdagingen zonder eenduidige oplossing.

“Wat doe je als werkgever bijvoorbeeld als iemand in je organisatie plots pleit voor genderneutrale toiletten of voor een beleid rond het gebruik van voornaamwoorden”, vervolgt Vandenbroeck. “Of wat als een grap een hele discussie ontketent over de grenzen van humor?” De kans dat groeiende maatschappelijke topics zoals gender en humor ook op je werkvloer scherp gesteld zullen worden, groeit met de dag. Maar in de praktijk zien we dat veel werkgevers niet voorbereid zijn op deze ingewikkelde vragen waar geen juist of fout antwoord op bestaat. Neem die humor: wat de zender als goedbedoelde grap bedoelt, kan bij de ontvanger erg kwetsend binnenkomen. En naast dat persoonlijke aspect kan humorcultuur ook van werkvloer tot werkvloer erg verschillen. Daarom is het vooral belangrijk dat werkgevers voldoende stilstaan bij het belang van een goed overkoepelend inclusiebeleid – een beleid dat ook werknemers zelf aanmoedigt om over inclusiethema’s na te denken, ze bespreekbaar te maken en begrip te hebben voor hoe iedereen ze ervaart.”

Margo Verhasselt De artikels van >

Heeft nooit iets met geometrische vormen gehad tot ze naar de Brusselse binnenstad verhuisde en maakt nu meer reclame voor de hoofdstad dan pakweg de toeristische dienst. Zegt verdomd veel 'it is what it is' voor iemand die niet echt een idee heeft van wat ze doet, tenzij op het gebied van lifestyletrends dan. Altijd te vinden voor een vroege apero met een gezellige babbel op een nog toffer terras.

Tags: Werk.