De naam Wehve (van ‘to weave’) verwijst naar de traditionele weeftechniek die door Zuid-Amerikaanse vrouwen van generatie op generatie wordt doorgegeven. Gesine Holschuh zet dit ambacht al jaren in voor haar kledinglijn, maar dan gemixt met een hedendaagse stijl. Haar capes, poncho’s, sjaals en plaids van merinowol liggen ondertussen in de rekken van ruim zestig prestigieuze boetieks wereldwijd. Duurzame en traceerbare handelspraktijken zijn haar stokpaardje. Voor de nieuwe Fall/Winter 2020-collectie werd voor het eerst haar eigen 100% biologisch afbreekbaar garen gebruikt.
Geen wantoestanden
Gesine Holschuh – Paola Nande
“Ik heb geen mode-achtergrond maar werkte jaren als consulente in bedrijfsstrategie bij bedrijven als McKinsey en AB-Inbev. Ik heb altijd geloofd in het concept van sociaal ondernemen en door enkele projecten hierrond in India en Afrika, kreeg ik steeds meer zin om zelf iets uit de grond te stampen. Op vakantie in Uruguay werd ik aangetrokken door enkele vrouwencoöperatieven en de bijzonder mooie kwaliteit van hun weefwerk. Alleen op vlak van stijl liep het mis (lacht). Zij inspireerden me om een eigen merk op te starten waarin hun tradities en vakkennis centraal staan. Om zo bij te dragen aan het voortbestaan van deze ambachten en hen tegelijkertijd werk te verschaffen”, vertelt Gesine ons in een Zoom-gesprek.
Ze bezocht heel wat ateliers in Zuid-Amerika om meer te leren over de verschillende stappen van het proces: spinnen, verven, weven en breien. Daarna schakelde Gesine de hulp in van Marine Halna du Fretay, die al meer dan 20 jaar werkt als head designer voor Hermès, om een eerste collectie uit te tekenen. Sinds 2019 heeft Gesine die rol overgenomen en ontwerpt ze haar eigen collecties zelf.
“Een nauw en regelmatig contact met de ambachtswerkers is altijd uitermate belangrijk geweest. Aanvankelijk gebruikten ze niet zo’n mooie en aangename materialen vond ik. Samen ontwikkelden we nieuwe kleuren, vormen en stoffen. Met respect voor de traditie, maar met een aan de Europese markt aangepast eindresultaat. Door het persoonlijke contact kan ik zelf ook op de hoogte blijven van alle schakels in het productieproces. Ik wil weten of de garenmakers, textielververs en weefsters in goede omstandigheden werken, alleen zo vermijd je wantoestanden. Het project krijgt door deze ontmoetingen ook net een volle betekenis.”
Tim Coppens
Ontwikkeling eigen duurzaam garen
“Om een eigen garen te ontwikkelen als klein bedrijfje moet je behoorlijk crazy zijn”, lacht Gesine. “We gebruikten al een tijdje een merinowolgaren met 10% viscose in. Het voelt en ziet er fijn en fluffy uit, alleen is het productieproces van viscose erg vervuilend voor het milieu. Dus deed ik research, volgde een aantal workshops en ging naar het Copenhagen Fashion Summit waar ik interessante partners ontmoette. Na een jaar van testrondes was mijn eigen garen van merinowol met de duurzame vezel Tencel een feit. Er wordt aanzienlijk minder water voor gebruikt, het is kwaliteitsvol en 100% biologisch afbreekbaar. Het wordt geproduceerd op basis van houtpulp en een niet-giftig oplosmiddel en is in staat om kleurstoffen beter te absorberen, waardoor er minder verf nodig is. Tegelijkertijd koos ik er ook voor om mijn productie in een streek in Peru te vestigen met 320 dagen zon per jaar. Zo kan het garen aan de zon drogen en zijn er geen droogruimtes en extra energieverbruik nodig.”
Als een klein merkje een volledig duurzaam garen kan ontwikkelen en slechte werkomstandigheden voor de werknemers kan uitsluiten: waarom blijven andere merken dan achter? “Omdat het financieel niet voordelig is om duurzaam te zijn”, legt Gesine uit. “Onlangs lanceerden we bijvoorbeeld een kringloopformule waarbij klanten oude stukken uit vorige collecties kunnen terugbrengen in ruil voor een bon van 100 euro. Sommige van die oude stukken worden aangepast en geborduurd om daarna opnieuw te verkopen. Een andere optie bestaat erin dat het garen er wordt uitgehaald en wordt hergebruikt. Dat recyclageproces is alleen erg kostelijk. Sommige grote bedrijven willen mij hierin helpen omdat ze achter het idee staan, maar ze geven zelf toe dat het een verlieslatende operatie is. Ofwel moeten de overheden meer steun verlenen aan dit soort initiatieven ofwel moeten merken meer samen werken. Anders blijft het een nuloperatie en gaat de sector nooit écht duurzamer kunnen worden.”
De nieuwe collectie van Wehve is sinds september 2020 te koop bij gerenommeerde (e-)boetieks als Lost & Found in Santa Monica, Matchesfashion, Graanmarkt 13 in Antwerpen en Icon in Brussel. Meer info: wehve.com.
Lees meer Marie Claire op: De modeshow van Fendi was intiem, divers en familie stond centraal. Gespot op de catwalk: deze schoenen dragen we komende herfst en winter.
