Hard werken, want het komt allemaal niet vanzelf; dat was het levensmotto dat Michèle Sioen met de paplepel ingegoten kreeg. Een wijze raad die zijn vruchten heeft afgeworpen, want de inmiddels 52-jarige Sioen mag zich sinds begin deze week Manager van het Jaar noemen. Na Kinepolis topvrouw Rose Claeys (1997) en Martine Reynaers van de alom bekende aluminiumgroep (2003) is Michèle Sioen slechts de derde vrouw die zich deze titel mag aanmeten.
Dat ze opgroeide in het familiebedrijf waar ze sinds 2005 CEO van is, zal ongetwijfeld geholpen hebben. En toch speelt er meer dan enkel dat familiale aspect. “Mijn vader zei ook dat je moet zorgen dat je altijd sneller draait, efficiënter produceert om voor te zijn op de concurrentie. Je moet zien wat de tendensen zijn en daarop kunnen inspelen”, aldus Sioen.
Mensen maken het verschil
En dat inspelen, kan ze als geen ander. “De jury prijst Michèle Sioen voor de duurzame groei van Sioen Industries in een moeilijke sector”, vertelde juryvoorzitter Luc Vandewalle tijdens de prijsuitreiking. Zes overnames deed Sioen Industries het voorbije anderhalf jaar. Het bedrijf telt nu 56 vestigingen in 23 landen en is daarmee de onbetwiste marktleider in diverse niches van technisch textiel.
Michèle Sioen is een gedreven vrouw, zoveel is zeker. Maar ze is vooral ook een people manager. “Mensen maken het verschil. Gemotiveerde mensen die ervoor gaan, maken of een bedrijf succesvol is of niet. En als ik mensen vertrouw, krijgen ze zeer veel verantwoordelijkheid.” Een lovenswaardige aanpak, als je het ons vraagt. “Ook hier in mijn bureel zit ik zelden alleen”, vertelt ze verder. “Veel zaken worden in teamverband beslist. Een bedrijf is geen onemanshow, maar een team.”
Hoewel ze anno 2018 een van de rijkste en machtigste vrouwen van ons land is, rust Michèle Sioen niet op haar lauweren. “Ik doe graag gevarieerde zaken. Het is belangrijk om te zien wat elders gebeurt. Het is ook belangrijk om regelmatig zelf naar een klant of leverancier te gaan en beurzen te bezoeken. Daar zie en hoor je op korte tijd veel mensen en krijg je voeling met de markt.”
Toekomstplannen
Waar ze binnen 10 jaar hoopt te staan (of beter gezegd: zitten)? Liefst op exact dezelfde CEO stoel. “Ik heb nog genoeg energie”, vertrouwt ze ons toe. “We zijn een groeibedrijf, we willen ervoor gaan. Er is nog heel veel te doen”