“Gelukkige huwelijksverjaardag @barackobama. Een kwarteeuw later ben je nog steeds mijn beste vriend en de meest bijzondere man die ik ken. Ik hou van je.” Zo zette Michelle Obama onlangs op Twitter haar vijfentwintigjarig huwelijk met de voormalige president in de kijker. In een tijdperk waarin iedereen vriend is van iedereen, was haar uitspraak toch opvallend.
Vriendschap binnen een relatie is bijna intiemer dan seks. Interne keuken, of onvermijdelijk saai? Immers, wanneer vriendschap haar intrede doet, vreest men het ergste: de toekomst van de relatie dreigt even opwindend te worden als de aflossingstabel van je lening. “Voor mij luidt vriendschap het einde van verlangen in”, zo vertelt Emma. “Een vriend is iemand met wie je regelmatig afspreekt en aan wie je alles kwijt kan. Maar vrienden leiden elk hun eigen leven. Een liefdesverhaal is iets anders. Liefde is het verlangen om samen plekken te ontdekken waar je nooit alleen naartoe zou gaan. Gebeurt dat niet meer, dan ebt het verlangen weg. Je kan dan samenblijven, maar als je écht wilt leven, wandel je weg en kruis je al snel iemand anders op je pad.”
Het bittere einde van liefde
Liefde is avontuurlijk en narcistisch. Zoals het boek van de Franse schrijver en regisseur, Frédéric Beigbeder, het stelde: L’amour dure trois ans. Vanuit die optiek staat vriendschap voor verval, het bittere einde van de liefde. Maar als je gaat voor duurzaam, moet je die vriendschap vooral onderhouden en vieren. Eigenlijk heeft iedereen een beetje gelijk. In het ancien regime was een relatie geen garantie voor vriendschap, noch voor passie. Erotiek stond los van het huwelijk. En vriendschap, synoniem van gelijkheid, was weinig compatibel met de positie van de vrouw. Pas ten tijde van de verlichting – en het Franse Liberté, Egalité, Fraternité – nestelden deze twee concepten zich ook in het huishouden.
Lees ook: Staan heteroseksuele vrouwen meer open voor homoseksuele relaties?
Philippe Sollers, Frans schrijver en vrijdenker, geeft een prachtig voorbeeld in zijn briefwisseling met Dominique Rolin(1). Wanneer zij elkaar ontmoeten in 1958 is zij 45 en hij 22, en vanaf het prille begin vatten zij in hun brieven een dialoog van schrijver tot schrijver aan: “Je bent mijn vriendin”, begint hij, “nu eens hou ik van je, dan weer verlang ik naar je.” Waarop zij antwoordt: “Ik hou ongelooflijk veel van je. En ik wil je ook!”
Liefde en verlangen, als twee energetische krachten die zinderend op zichzelf bestaan, maar ook harmonieus samengaan: dat is een heel moderne opvatting van een relatie. Niet alles aan elkaar vertellen Maar het idee van vriendschap binnen een relatie blijft toch een zekere schroom met zich meedragen, het blijft een weinig romantisch idee.
“Mijn vriendinnen kijken me raar aan wanneer ik zeg dat mijn lief mijn beste vriend is”, vertelt Sophie. “Als tiener ben ik meerdere familieleden verloren. Mijn vriendinnen hebben in die periode weinig voor me betekend. Misschien deed me dat meer pijn dan ik aanvankelijk dacht. Toen ik mijn vriend leerde kennen, was hij er voor mij. Vijftien jaar later is hij diegene aan wie ik het meeste kwijt kan – al zeg ik hem natuurlijk niet alles. Maar zijn blik op de gebeurtenissen is waardevol, en hij durft ook dingen zeggen waar ik niet noodzakelijk achter sta. Het belangrijkste is dat hij me niet beoordeelt.”
Verliefd op een vriend
Elkaars beste vriend zijn, wil niet zeggen dat je elkaar alles vertelt. Catherine Blanc(2), psychologe en seksuologe, vat het samen in dit beeld: “Tussen de keuken en de slaapkamer moet je een symbolische afstand bewaren.” Bepaalde dingen van elkaar weten, kan ook een negatieve ervaring teweegbrengen. Zo haalt de psychologe een koppel aan dat op consultatie kwam na hun problemen om een kindje te krijgen. “De vrouw moest verschillende complexe ingrepen ondergaan en vertelde alle details aan haar man. Haar vagina was voor hem een kwetsbare plek geworden en, uit angst haar pijn te doen, was ook zijn verlangen verdwenen. Ook dat is liefde: weten waar de grens ligt van wat de andere mag horen.”
Lees ook: Hoe een negatieve gemoedstoestand het immuunsysteem beïnvloedt.
Die onzichtbare grens tussen liefde en vriendschap ervaren velen wanneer ze verliefd worden op een vriend of vriendin. Zo beleefde Alexandrine woelige tijden: “We waren al zeven jaar vrienden toen we een koppel werden. We hebben toen als vrienden even afstand genomen van elkaar, de vriendschap is pas daarna teruggekomen. We vertellen alles aan elkaar en kunnen urenlang discussiëren. Op een dag kwam hij me, als vriend, vertellen over zijn twijfels over onze relatie. En, zoals het een vriendin betaamt, heb ik mezelf weggecijferd en geantwoord dat hij moest gaan voor zijn diepste gevoelens. Achteraf was ik heel bang. Maar onze afspraak was: we praten de ander geen schuldgevoelens aan. Sindsdien zijn we veranderd als koppel: we beloven elkaar geen trouw meer, maar we moeten onze avontuurtjes ook niet aan elkaar vertellen. Ook vrienden vertellen elkaar niet altijd de hele waarheid. Voor mij staat of valt alles met begrip.”
Een machtsspel
Toch steunt seksualiteit niet op begrip, noch op gelijkheid, vindt Catherine Blanc: “Seksualiteit is voornamelijk een machtsspel, nemen en genomen worden. Eigenlijk is het dit: ‘Ik ga je verslinden, maar ik hou zoveel van je dat ik je liever niet aanraak.’ Maar door de andere te veel te willen sparen, breekt de seksualiteit soms niet helemaal los.” De psychologe gaat verder: “In een relatie kunnen beide partners nu eens de vriend, dan eens de minnaar, de ouder, de echtgenoot of… het kind zijn. Diegene die de ander helpt volwassen te worden, te rouwen, vertrouwen te herwinnen. Maar dat betekent niet dat dit de enige rol is die je in een relatie speelt. Een relatie is een mix van heel veel ingrediënten, waarmee je een heerlijk recept kan klaarmaken, maar ook een mislukte maaltijd met te veel zout of te weinig smaak. Wees een goede kok in je eigen relatie.”
Het risico van de scheve schaats
Om het belang van vriendschap in een relatie in te schatten, moet je maar kijken naar wat er gebeurt wanneer ze er niet is. In The war of the roses eindigt een passionele relatie in een regelrechte catastrofe: Michael Douglas en Kathleen Turner vernielen nog liever alles wat ze hebben, dan dat ze elkaar ook maar iets gunnen. Ze onderbreken de oorlog even om buiten adem de liefde te bedrijven, maar vatten dan de vijandigheden gewoon terug aan en sterven tussen de ruïnes van hun huwelijk. Maar dit is uitzonderlijk. Vaker mondt het huwelijk uit in een banale sleur. Denk aan het gruwelijk prachtig gedicht van Willem Elsschot Het Huwelijk.
De versregels zouden tot de meest geciteerde van de Nederlandstalige literatuur behoren. Zonder vriendschap wordt de echtgenoot simpelweg een vijand. Niet genoeg, of net té bevriend: het gevaar schuilt overal. Maar is het nu echt zo fout om al je eieren – liefde, vriendschap, vertrouwen en sexy lingerie – in één mand te leggen?
In zijn Ode aan de liefde pleit Alain Badiou voor het “heruitvinden van risico en avontuur.” Niet vriendschap is de vijand van liefde, maar “de zekerheid van het verzekeringscontract” en het “comfort van ongelimiteerd genot.” Hij komt met een ander voorstel: “Een toevallig vertrouwen.” Hij vindt dat de fameuze, toevallige ‘liefde op het eerste gezicht’, zowel in vriendschappelijke als in romantische vorm, een fundament kan zijn “dat even sterk is als wanneer ze niet toevallig maar noodzakelijk was geweest”.
De spelbreker in dit hele betoog is bedrog. Want liefde kent geen wetten, en we blijven trouw omwille van de vriendschap. Ontrouw kan het verlangen weer doen oplaaien, trouw uit de weg ruimen en plaatsmaken voor begrip. Begrip kan in een relatie ruimte maken om een derde persoon toe te laten, of een hele reeks veroveringen, repetitieve seks, onverwachte erotische nieuwigheden… Wat schort in de ‘beste vriend’-formule, is dat het wat cliché klinkt. Het reduceert vriendschap tot iets simpels en omzeilt het constante heen-en-weergeslinger binnen een relatie, het evenwicht dat voortdurend onder druk staat. Catherine Blanc ziet het eerder als ‘beste bondgenoot’: “Diegene die van alle markten thuis is.” Nog anderen gebruiken dan weer liever “liefste vijand.”