DAG 1: FIRENZE
8 uur: “Pronto!”, schreeuwt de taxichauffeur in zijn telefoon terwijl hij ons in onnavolgbare Italiaanse stijl van de luchthaven naar het centrum van de stad brengt. Luid claxonnerend manoeuvreert hij zich behendig doorheen de krappe straatjes van het historische centrum naar onze eerste bestemming. “Alora”, grijnst hij wanneer hij zijn auto in het midden van de straat tot stilstand brengt nadat hij ei zo na een groepje toeristen van de weg maaide. “Benvenuto in Italia!”
9 uur: First things first. Tijd voor een espresso. We droppen onze bagage in een boetiekhotel aan de Piazza della Signoria en duiken een nabijgelegen koffiebar in, waar we zoals dat in Italië hoort – rechtstaand aan de toog – een cafeïneshot waarvan je hartslag zo de hoogte in schiet achteroverslaan.
10 uur: Na een kortstondig blij weerzien met de immer imposante Duomo gaat het richting Baptisterium San Giovanni, de doopkapel uit de 11de eeuw aan de westkant van de dom. Het monument wordt momenteel gerestaureerd maar biedt kleine groepjes toeristen de kans om de restauratiewerken aan de mozaïeken van dichtbij te volgen. Gehuld in een weinig flatterende veiligheidshelm en met beschermende schoensokken aan de voeten, beginnen we in stilte aan de klim op de stellingen, onder het toeziend oog van de 8,5 meter grote Christusfiguur. Elke stap brengt ons dichter bij Jezus, of toch die in mozaïekvorm. Met gestrekte nek en open mond vergapen we ons aan het achthoekige plafond met gedetailleerde stenen taferelen uit Het Laatste Oordeel en Het Leven van Christus. Het bezoek is de klim, en de twijfelachtige outfit, meer dan waard.
11 uur: Eens terug op de begane grond gaan we vervolgens richting Museo di San Marco, waar het Orchestra da Camera Fiorentina voor een muzikaal intermezzo zorgt. De unieke locatie (met de fresco van Het laatste avondmaal’ van Ghirlandaio op de achtergrond) in combinatie met de bombastische klassieke muziek zorgt voor kippenvel en raakt hier en daar wat gevoelige snaartjes. Wie ook in het openbaar wil huilen, kan dit najaar nog terecht bij een van de Note al Museo-concerten in de stad.
12 uur: Op zoek naar de traditionele Noord-Italiaanse keuken schuiven we de voeten onder tafel bij Osteria del Boccanegra. In een rustiek kader met houten balken en stenen muren proeven we van hartige Toscaanse klassiekers zoals Ribollita (soep met brood en groenten), pappardelle al cinghiale (pasta met wild zwijn) en steak fiorentina, uiteraard begeleid door een lokaal wijntje.
13 uur: Na de lunch houden we halt bij Profumoir, een absolute must voor de liefhebber van nicheparfums. Oprichter Daniele Cavalli (zoon van ontwerper Roberto Cavalli) neemt ons mee op een bijzondere trip doorheen een zwoel en mysterieus geurenuniversum, die eindigt met een welriekend souvenir.
15 uur: Om aan een financiële kater na een middagje shoppen te ontsnappen, verruilen we het bruisende centrum voor de glooiende wijngaarden van het Italiaanse platteland. We stoppen bij Vignamaggio, een historisch landgoed met meer dan 600 jaar aan wijntraditie, op zo’n uurtje rijden van Firenze. De omgeving en de architectuur van het modern ingerichte hoofdgebouw zijn adembenemend, net zoals de lange houten tafel die kreunt onder het beste wat Toscane te bieden heeft: wijn, lekkere kazen, verse tomaten en fijne vleeswaren.
18 uur: Genoeg geluierd, tijd voor actie. Voor Monia, de gepassioneerde kracht achter wijngoed Il Palagio di Panzano, ons een uitgebreid feestmaal voorschotelt, moeten we zelf de handen uit de mouwen steken. Gewapend met een knipmes gaan we in de wijngaard op zoek naar de perfecte druiven voor een huisbereide schiacciata, een zoete specialiteit die enkel tijdens de druivenoogst in de Chianti-streek wordt gemaakt. Het resultaat is niet verkeerd, maar kan niet tippen aan Monia’s geweldige selectie rode wijnen en hartverwarmende gastvrijheid.
22 uur: Na zonsondergang arriveren we bij onze laatste stop van de: Villa la Massa. In het duister geeft het 13de-eeuwse luxehotel weinig troeven prijs, maar onze luxueuze suite in het nabijgelegen historische pand is alvast veelbelovend. Op het terras genieten we nog van een allerlaatste glaasje rood met zicht op de in het maanlicht glinsterende Arno-rivier.
DAG 2: LUCCA
9 uur: Na een heerlijke ochtend met een wandeling doorheen de uitgestrekte tuinen rond het hotel en een uitgebreid ontbijt verlaten we Villa La Massa, met pijn in het hart. Die duik in het zwembad en bezoek aan de spa zal voor een volgende keer zijn.
10 uur: Een uur later arriveren we in Lucca, een schilderachtig stadje genesteld tussen de Apennijnen en de Middellandse Zee, op zo’n 80 kilometer van Florence. Terwijl de stad op zondag moeizaam ontwaakt, blijkt onze gids klaarwakker. Ze neemt ons mee langs de San Martino-kathedraal, het Piazza dell’Anfiteatro, de Basiliek van San Frediano en de blikvanger van Lucca: de Torre Guinigi, de middeleeuwse toren met bomen op de top.
12 uur: Heerlijk wandelen in de schaduw van de bomen op de 4 kilometer lange stadsmuren.
13 uur: Lunch op het terras van All’Olivo, al sinds 1988 een vaste waarde is in de stad. We bestellen de huisgemaakte ravioli met ricotta di pecora, gevolgd door een perfect bereide branzino met verse kruiden en olijfolie en sluiten af met een panna cotta van witte chocolade met aardbijensaus.
15 uur: De winkels openen de deuren en de stad komt tot leven. Het centrum wordt aardig druk en we brengen de namiddag al slenterend door de winkelstraten door.
19 uur: Aperitivo o’clock in het Grand Universe Hotel. Vanop het dakterras hebben we een fantastisch panoramisch uitzicht over de rode daken en de torens van de stad. De ideale spot om de omgeving vanuit de hoogte – en met een drankje in de hand – te ontdekken.
21 uur: We sluiten de dag af in Hotel Il Ciocco, bovenop de heuvel en met een adembenemend uitzicht over de Serchio-vallei.
DAG 3: PISA
10 uur: Op de laatste ochtend reizen we vanuit naar San Rossore Park, een uitgestrekt gebied van 56.000 hectare met een divers landschap van bossen, zandduinen en wetlands langs de kust van de Tyrreense zee. Je kan er hiken of fietsen of – zoals wij – met paard en kar naar het strand rijden. Deze manier van slow travel lijkt misschien niet erg spannend maar onderweg spotten we enkele nieuwsgierige vosjes en zien we even verderop een familie wilde everzwijnen.
Op de terugweg zet de koetsier ons af bij Villa del Gombo, een modernistisch presidentieel paleis uit de late jaren 50. Binnenin valt er momenteel maar weinig te beleven maar voor liefhebbers van modernistische architectuur is de villa met grote raampartijen en houten schuifdeuren een korte stop waard.
13 uur: Lunch bij La Pergoletta in het oude centrum van de stad. De chef serveert ons een uitgebreid arsenaal aan antipasti en gerechtjes om te delen. Alles is overheerlijk en de lunch is misschien wel de smakelijkste van de trip.
15 uur: Het voelt bijna verkeerd om al meer dan een halve dag in Pisa te zijn zonder klokkentoren te hebben gezien maar daar staat hij dan in al zijn scheve glorie. Ook voelt bijna verkeerd om geen geinige selfie met ‘el torre’ te maken maar we kunnen alsnog aan de verleiding weerstaan.
17 uur: We sluiten de trip af met een hoogtepunt: inchecken in Bagni de Pisa. Dit historische vijfsterrenhotel staat al sinds de 18de eeuw bekend om zijn grandeur en thermale baden. Deze baden – ooit frequent bezocht door de groothertog van Toscane – worden gevoed door de natuurlijke warmwaterbronnen van de Monte Pisano en vormen het hart van dit helende wellnessparadijs. We verblijven in een van de negen suites met een aparte woonkamer, een marmeren badkamer en een hemelbed met uitzicht op de pastelkleurige fresco’s op het plafond. De kunst van het zalig nietsdoen, waar de Italianen zo in uitblinken, kwam de afgelopen dagen nog niet aan bod; toch genieten we hier, met een glas rode wijn op de rand van het marmeren bad, eindelijk van een moment van dolce far niente.
Dit artikel is opgesteld in nauwe samenwerking met de Toeristische dienst van Italië.
LEES OOK:
Editor’s pick: de nieuwe collectie van Steve Madden
Florals? For fall? Groundbreaking
Lesse: het natuurlijke skincaremerk dat echte resultaten biedt